Franz Schubert componeerde zijn Octet in F majeur, D. 803, in 1824. Het werd geschreven in opdracht van klarinettist Ferdinand Troyer, die vroeg om een stuk vergelijkbaar met Beethovens Op. 20 september. Schubert baseerde de bewegingsstructuur van zijn stuk aantoonbaar op het septet van Beethoven, hoewel hij het thema voor het eerste deel van zijn Octet ontleende aan zijn eigen lied 'Der Wanderer'. Ook in het vierde deel voegde hij een reeks variaties in, gebaseerd op een thema uit zijn 'Die Freunde von Salamanka' singspiel. Het Octet bestaat uit zes delen, de uitvoering duurt ongeveer een uur en is gescoord voor twee violen, altviool, cello, contrabas, hoorn, fagot en klarinet.